In het kader van de ‘nieuwe’ Omgevingsverordening van de provincie Noord-Holland heeft Samen Lokaal enkele vragen opgesteld voor het college van B&W van de gemeente Beverwijk. De vragen kunt u hieronder lezen. Heeft u vragen aan ons over dit stuk? Neem dan contact met ons op.
Geacht college van B&W,
Middels voorliggend document stellen wij u graag enkele vragen over de wijze waarop Industrieterrein De Pijp een plek heeft gekregen binnen de ‘nieuwe’ Omgevingsverordening van de provincie Noord- Holland. Alvorens wij overgaan tot het stellen van vragen delen wij eerst wat informatie dat betrekking heeft op Industrieterrein De Pijp en de ‘nieuwe’ Omgevingsverordening.
In de ‘nieuwe’ Omgevingsverordening van de provincie Noord-Holland ofwel OVNH2020 is ‘De Pijp’ aangewezen als industrieterrein van regionaal belang. Dit betekent dat het gaat om een terrein met een economische functie die de gemeentelijke belangen duidelijk overschrijdt. De aanwijzing biedt Gedeputeerde Staten de mogelijkheid om regie te voeren op het gebied van industrielawaai, gericht op het bereiken van een goed evenwicht tussen bedrijfsontwikkeling, woningbouw en milieuaspecten vooral waar het gaat om bovenregionale effecten.
Naast het voornoemde werkingsgebied valt ‘De Pijp’ tevens binnen werkingsgebied ‘Industrieterrein van provinciaal belang’. In Artikel 6.16 van OVNH2020 staat opgenomen dat de provincie de bestaande industrieterreinen van provinciaal belang in het Noordzeekanaalgebied wenst te behouden voor zware industrie. Om te voorkomen dat dergelijke industrieterreinen worden afgewaardeerd, wordt de hoogst mogelijke milieucategorie van de Staat van Bedrijfsactiviteiten niet verlaagd. Lagere milieucategorieën mogen ook toegestaan blijven in ruimtelijke plannen, zolang daarin de hoogst mogelijke milieucategorie maar gehandhaafd blijft. Op deze wijze wenst de provincie het aanbod van fysieke ruimte voor de zware industrie, die nodig is voor de opgaven in de energietransitie en de circulaire economie, te waarborgen.
In OVNH2020 wordt aangegeven dat bij een functiewijziging in een ruimtelijk plan de functie ter plaatse van een industrieterrein van provinciaal belang alleen naar een andere bedrijfsfunctie kan worden gewijzigd. Het gaat daarbij om bedrijfsfuncties die vallen onder (a.) activiteiten ten behoeve van de energietransitie of de circulaire economie en (b.) havengebonden of havengerelateerde activiteiten.
In de OVNH2020 is ‘De Pijp’ of een gedeelte daarvan niet opgenomen als transformatiegebied. In OVNH2020 staat aangegeven dat transformatiegebieden kunnen worden omschreven als gebieden die op termijn mogelijk zullen overgaan van industrie naar een andere bestemming. Dit is wel gebeurd met het gebied Coen- en Vlothaven.
In de beantwoording van de provincie Noord-Holland wordt o.a. het volgende aangegeven: “Het gebied van de Coen- en Vlothaven is aangewezen als transformatiegebied. Het industrieterrein De Pijp is enkele opgenomen als industrieterrein van provinciaal belang. De kaart in de viewer – die bepalend is – geeft dit correct weer”. Dit strookt niet met de eerdere Bestuurlijke Toelichting op Ontwerp Omgevingsverordening NH2020. Daarin staat namelijk dat in de omgevingsverordening de provinciale belangen bij de industrieterreinen in het NZKG worden vastgelegd door een tweetal gebieden aan te wijzen als ‘transformatiegebied’, waar op termijn functiewijziging mogelijk is. Dit zijn de Coen- en Vlothaven (Amsterdam) en de Pijp (Beverwijk).